Notulen  gemeenteraad

Aanleiding en/of bevoegdheid

Artikelen 40 e.v. decreet lokaal bestuur

Feiten en voorgeschiedenis

In het verleden moesten de raadsleden zich in de praktijk uitspreken over bijsturingen van de planning, in de vorm van een budgetwijziging en/of een aanpassing van het meerjarenplan. Die aanpassingen van de planningsdocumenten vormden enerzijds een zware administratieve last. De rapporten bevatten anderzijds vooral informatie over de uitvoering van de kredieten en de noodzaak tot aanpassing ervan (de autorisatie) in plaats van een echte stand van zaken van de uitvoering van het geplande beleid.

Daarom beperkt de regelgever voortaan de verplichte rapportering aan de raad omwille van kredietwijzigingen en autorisatie. Het budget als afzonderlijk beleidsrapport is afgeschaft. De vaststelling van de kredieten en de autorisatie zijn geïntegreerd in het meerjarenplan en de verplichte jaarlijkse aanpassingen daarvan. Daarnaast trekt het Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 ook het niveau waarop de raad autorisatie geeft op.

Die ingrepen hebben tot gevolg dat de controlefunctie van raadsleden niet in eerste instantie gericht is op de kredietbewaking, maar wel op de opvolging van de uitvoering van de planning en de realisatie van de beleidsdoelstellingen, actieplannen en acties (zie Parl.St. Vl. Parl. 2017-18, nr. 1353/1,114).

Deze opvolgingsrapportering is een onderdeel van de beleids- en beheerscyclus, maar is geen beleidsrapport.

De opvolgingsrapportering bevat minstens volgende elementen:
1° een stand van zaken van de prioritaire acties of actieplannen van het meerjarenplan;
2° een overzicht van de geraamde en de gerealiseerde ontvangsten en uitgaven voor het lopende jaar;
3° in voorkomend geval, de wijzigingen in de assumpties die gekozen werden bij de opmaak van het meerjarenplan of de aanpassing ervan;
4° in voorkomend geval, de wijzigingen in de financiële risico's.

Het "opvolgingsrapport eerste semester 2022, uitvoering meerjarenplan 2020-2025" voor gemeente en OCMW Beernem wordt ter kennisname aan de gemeenteraad voorgelegd.

Regelgeving

• Artikel 263 tweede lid van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
• Artikel 29 van het Besluit van de Vlaamse Regering 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van lokale en provinciale besturen.

Argumentatie

Mondelinge toelichting wordt ter zitting gegeven door burgemeester Jos Sypré.

Verwijzingsdocumenten

Realisatiestatus acties - stand van zaken d.d. 30 juni 2022

Tussenkomsten

Er zijn geen tussenkomsten.

Aanleiding en/of bevoegdheid

• Artikel 41 van het decreet lokaal bestuur
• Titel 3.5. De gemeentelijke dotatie aan de Politieraad, 3.5.1. overeenstemming tussen politiebegroting en gemeentebegroting van de omzendbrief BA-2002/12 van 27 september 2002

Feiten en voorgeschiedenis

In Titel 3.5. "De gemeentelijke dotatie aan de Politieraad, 3.5.1. Overeenstemming tussen politiebegroting en gemeentebegroting van de omzendbrief BA-2002/12 van 27 september 2002" wordt bepaald dat het ten stelligste aanbevolen is dat de gemeentelijke dotatie aan de politiezone vastgesteld wordt in een afzonderlijke gemeenteraadsbeslissing, vooraleer zowel de politiezone als de gemeente zelf een beslissing treffen over de politiebegroting, respectievelijk de gemeentebegroting.

Uitgaande van de autonomie van de gemeente is het aangewezen dat de gemeente zich akkoord verklaart met de gemeentetoelage die in de begroting 2023 van de politiezone Het Houtsche ingeschreven zal worden. 

De ontwerp-politiebegroting 2023 werd ontvangen op 24 augustus 2022.

Regelgeving

• Artikel 33 van het decreet lokaal bestuur.
• Omzendbrief BB-2015/02 van 10 juli 2015 betreffende de onderrichtingen voor het  aanpassen van meerjarenplannen en het opstellen van de budgetten 2016 van de gemeenten van het Vlaams Gewest.
• Omzendbrief BA-2002/12 van 27 september 2002 houdende wijzigingen aan het decreet van 28 april 1993 door het decreet van 15 juli 2002 houdende het administratief toezicht op de gemeenten en de politiezones.

Argumentatie

De gemeenteraad gaat over tot het vaststellen van de gemeentelijke toelage aan de politiezone Het Houtsche zoals blijkt uit de begroting 2023 van de politiezone Het Houtsche.

De exploitatietoelage bedraagt € 1.484.270,00. De investeringstoelage bedraagt € 0,00.

De exploitatietoelage voor 2023 ligt 3 % hoger dan het oorspronkelijke budget voorzien in de meerjarenplanning van 2021 en komt dus op € 1.484.270,00.

Mondelinge toelichting wordt ter zitting gegeven door korpschef Veerle Dhont.

Verwijzingsdocumenten

Politiebegroting dienstjaar 2023

Financiële impact

Tussenkomsten

Er zijn tussenkomsten door burgemeester Jos Sypré, raadsleden Lode Vanneste, Kurt Vanneste en Gijs Degrande beantwoord door Korpschef mevr. Veerle Dhont.  De voorzitter Kris Vincke bedankt de korpschef mevr. Veerle Dhondt en commissaris Alain Van Acker.  

Aanleiding en/of bevoegdheid

Artikel 42 ev. DLB

Feiten en voorgeschiedenis

Op de gemeenteraad van 17 december 2020 werd de aanpassing op het meerjarenplan 2020-2025 goedgekeurd. In deze aanpassing werd € 45.000,00 voorzien voor het Nood- en heropstartfonds 2.0.

Op de gemeenteraad van 16 december 2021 werd nog een aanpassing op het meerjarenplan 2020-2025 goedgekeurd. In deze aanpassing werd nog eens € 10.000,00 extra voorzien voor het Nood- en heropstartfonds 2.0.

Op de gemeenteraad van 24 februari 2022 werd na een lang voortraject € 16.368,58 toegekend aan diverse verenigingen.

Regelgeving

Artikel 40 e.v. van het decreet over het lokaal bestuur.

Argumentatie

Met het college en de diensten werd voor de 2^de ronde een gans traject doorlopen samen met de betrokken aanvragers. Alle erkende clubs en verenigingen kregen toen de kans om een aanvraag in te dienen.

Gezien het voorstel van toekenning van de coronasteun op een transparante en objectieve wijze gebeurd was, achtte het college de gevolgde procedure dan ook toereikend om op deze basis diverse toelagen toe te kennen en de genomen beslissing van 19 februari 2021 in te trekken (zie beslissing college 11 februari 2022) en niet langer met een reglement te werken, maar met nominatieve toelages.

Om de verenigingen niet opnieuw nodeloos lang te laten wachten op een financiële ondersteuning, wordt er opnieuw voor geopteerd om te werken met nominatieve toelagen.

De motivatie en argumentatie voor het verkrijgen van de toelage vinden jullie terug in de bijlagen "subsidie aanvraag VZW" voor wat betreft het Zwarte Veld en "VERSIE2corona nood-en heropstartfonds aanvraagformulier" voor wat betreft VZW den Bunker.

Er wordt mondelinge toelichting ter zitting gegeven door schepen Patricia Waerniers, bevoegd voor sport.

Verwijzingsdocumenten

• subsidie aanvraag VZW.pdfOpenbaar

• VERSIE2corona nood-en heropstartfonds aanvraagformulier.docx

• vzw 't Zwarte Veld Bijlagen 2020.pdf

• vzw 't Zwarte Veld Bijlagen 2021.pdf

Financiële impact

Tussenkomsten

Er is een tussenkomst door raadslid Gijs Degrande, beantwoord door schepen Patricia Waerniers. 

Aanleiding en/of bevoegdheid

Artikel 40 e.v. DLB

Feiten en voorgeschiedenis

Voor het project 'herinrichting Galgeveld' werd een ontwerp opgemaakt door studiebureau Jonckheere.

Regelgeving

• de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;
• de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 36;
• het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;
• het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen;
• het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;
• de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
• het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
• het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;

Argumentatie

Concreet wordt het openbaar domein vernieuwd van rooilijn tot rooilijn met uitzondering van de verhoogde plateau's die van recentere datum zijn en nog in goede staat zijn. Bovendien is het aangewezen deze zeker te behouden als snelheidsremmer.

• aanleg van een voetpad in betonstraatstenen aan de onpare zijde als veilige verbinding voor de voetgangers
• ook aanleg van een voetpad in betonstraatstenen aan de pare zijde tussen Tuinwijk en Maria-Aaltersteenweg gezien de gevels daar op de rooilijn staan
• omwille van maximale waterindringing wordt verderop aan de pare kant een zogenaamd olifantenpad aangelegd (= wandelzone met gefundeerd gras), waterdoorlatende betonstraatstenen voor de opritten daar en worden alle parkeerstroken aangelegd in grasbetontegels.
• er wordt een nieuwe rijweg in asfalt voorzien van 4,4m breed, goten inbegrepen met asverschuivingen voor extra snelheidsremming.
• palend aan de parkeerstroken komen er ook nieuwe bomen - een 30-tal in de volledige straat.

De werken worden geraamd op € 521.876,59 (incl. btw én incl. correctiefactor conjunctuur van 1,15) en zullen gegund worden via openbare procedure. 

De aanbestedingsprocedure kan gehouden worden in het najaar 2022 met als doel uit te voeren in het voorjaar 2023.

Mondelinge toelichting ter zitting wordt gegeven door schepen Claudio Saelens, bevoegd voor openbare werken.

Verwijzingsdocumenten

• ontwerp grondplan
• bestek
• raming

Financiële impact

Hiervoor is krediet voorzien in deze legislatuur op het artikel 'woonstraten en voetpaden'. Op dit artikel is nu € 226.417,30 beschikbaar. In 2023, 2024 en 2025 komt hier telkens € 115.000,00 bij. Bij de aanpassing van de meerjarenplanning dienen deze voorziene kredieten van 2024 en 2025 wel verschoven te worden naar 2023.

Tussenkomsten

Er is een tussenkomst door raadslid Lode Vanneste, beantwoord door schepen Claudio Saelens.

Aanleiding en/of bevoegdheid

Artikel 40 e.v. DLB

Feiten en voorgeschiedenis

De gemeente Beernem wil in het kader van haar klimaatbeleid (Burgemeestersconvenant, Lokaal Energie- en Klimaatplan, enz.) burgers aanmoedigen om klimaatvriendelijke maatregelen te nemen. Alle handen kunnen helpen om de veerkracht van de gemeente tegen de klimaatverandering te verhogen. De gemeente wil daarom ook de aanleg van geveltuinen stimuleren door een regelgevend kader uit te tekenen waarbinnen dit mogelijk is. Geveltuinen hebben veel positieve effecten: ze nemen CO2 op, ze zorgen voor verkoeling, voor buffering van water, ze verbeteren de luchtkwaliteit en vergroten de biodiversiteit. Daarnaast bevorderen ze het sociaal contact en brengen ze kleur en sfeer in de straten. Geveltuinen passen ook binnen het Vlaamse klimaatbeleid waar ontharding een belangrijke doelstelling is.

Argumentatie

Het regelgevend kader bestaat uit een reglement waarin de formaliteiten omtrent aanleg en onderhoud van een geveltuin worden geregeld. Ook het mogelijk terug verwijderen van de geveltuin wordt in dit reglement geregeld.

Voor de aanleg van een geveltuin is een toelating nodig van het college van burgemeester en schepenen. Ligt de geveltuin langs een gewestweg, dan vraagt de gemeente toelating aan bij het agentschap Wegen en verkeer (AWV). De bewoner dient via het e-loket op www.beernem.be een aanvraag in (Geveltuin: aanvraag). Is de bewoner een huurder, dan voegt hij bij zijn aanvraag de toelating van de eigenaar toe. In geval van mede-eigendom (bv. een appartementsgebouw) voegt de bewoner de toelating van de vereniging van mede-eigenaars toe.

Het uitbreken van de verharding voor de geveltuin gebeurt door de technische dienst van de gemeente. Dit gebeurt binnen de maand na aanvraag. Na uitbreken van de verharding kan de aanvrager de geveltuin aanleggen.
De aanleg van de geveltuin gebeurt, met de nodige voorzichtigheid, door en op kosten van de bewoner. Deze voorziet zelf de nodige kwalitatieve klimhulpen en klimplanten afgestemd op de gevel en omgeving. De beplanting dient zo aangeplant en onderhouden te worden dat deze enkel binnen het plantvak groeit. Mogelijke schade aan leidingen en kabels valt ten laste van de bewoner.
De geveltuin moet door de bewoner onderhouden worden zodat deze geen hinder, schade of gevaar oplevert voor voetgangers, rolstoelgebruikers of andere weggebruikers of schade veroorzaakt aan de eigendom van derden. De bewoner is burgerlijk aansprakelijk voor alle schade die zich voordoet naar aanleiding van slecht onderhoud van de geveltuin of het niet naleven van dit reglement. De bewoner vrijwaart de gemeente tegen alle vorderingen die derden tegen haar instellen als gevolg van de aangelegde geveltuin.
Schade aan de openbare weg veroorzaakt door de geveltuin, wordt door de gemeente hersteld op kosten van de bewoner. De bewoner verbindt er zich toe elke verzakking of andere beschadiging onmiddellijk te melden en zelf voorlopig de nodige veiligheidsmaatregelen te treffen.
Op basis van het Decreet Duurzaam Pesticidengebruik is het verboden (ecologische) gewasbeschermingsmiddelen en biociden te gebruiken. Dit verbod geldt ook voor wie in het bezit is van een fytolicentie. Inbreuken hierop kunnen gesanctioneerd worden.

Mondelinge toelichting ter zitting wordt gegeven door schepen Jan Vanassche, bevoegd voor groenbeleid.

Verwijzingsdocumenten

• Reglement geveltuinen

Tussenkomsten

Er is een tussenkomst door raadslid Jef Vansteenhuyse, beantwoord door schepen Jan Vanassche.

Aanleiding en/of bevoegdheid

Artikel 40 e.v. DLB

Feiten en voorgeschiedenis

In het meerjarenplan is opgenomen onder actieplan 12.5: "we kiezen voor een ambitieus bermen- en bomenbeheersplan op lange termijn om de ecologische waarde van de bermen te verhogen en de beeldbepalende dreven en het bomenpatrimonium te behouden en te versterken. we doen dit in samenwerking met de betrokken actoren (Het regionaal landschap houtland en polders, de milieuraad, de landbouwraad, enz.)"

Het bermbeheerplan kan opgemaakt worden in samenwerking met het Regionaal Landschap Houtland en Polders (RLHP). Hiertoe maakt het RLHP een samenwerkingsovereenkomst op voor de opmaak van een 'vereenvoudigd bermbeheerplan Beernem'.

Regelgeving

Artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur

Argumentatie

Dit voorstel omvat:

• Een inventarisatie van alle gemeentelijke beheerde bermen, met een beschrijving van de aanwezige vegetatie en karakteristieken van de berm en omgeving. De inventarisatie gebeurt 1x in de zomer (augustus-september) en 1x in de lente (mei-juni) om zo een volledig mogelijk beeld te krijgen van de aanwezige flora.
• Voor de opmaak van het bermbeheerplan ligt de focus op ecologisch beheren van bermen (in functie van flora en insecten) en op verkeersveiligheid. In het bijzonder wordt ook aandacht gegeven aan de mogelijkheid/wenselijkheid om van de wettelijke maaidata af te wijken.
• Het Regionaal Landschap koppelt regelmatig terug met de milieuambtenaar/groenambtenaar.
• Het Regionaal Landschap levert een korte toelichtingsnota, een beheertabel gelinkt aan de nodige GIS-bestanden en een reeks overzichtskaarten af.

Het RLHP gaat uit van een inzet van max. 60 werkdagen door de projectmedewerker. Dit betekent voor een loonkost + overhead van € 21.000,00 of € 350,00 per werkdag. Dit bedrag is meteen ook een maximum: de afrekening aan de gemeente zal gebeuren op basis van effectief gepresteerde mandagen.

De opdracht wordt verspreid over 2 jaar waarbij ca. 30 werkdagen gebruikt worden voor het eerste deel van het bermbeheerplan. Het betreft hier een selectie van voor de gemeente prioritair te inventariseren bermen. De oplevering van deel 1 wordt in december 2022 verwacht. De kostprijs voor dit eerste deel bedraagt max. € 10.500,00.
Hierna zal in voorjaar 2023 het 2de deel van het bermbeheerplan opgemaakt worden, waarbij de overige bermen worden geïnventariseerd. Hiervoor worden ook max. 30 werkdagen ingepland. Voor dit deel zal het Regionaal Landschap Houtland & Polders eveneens max. € 10.500,00 aanrekenen.

Mondelinge toelichting ter zitting wordt gegeven door schepen Jan Vanassche, bevoegd voor groenbeleid.

Verwijzingsdocumenten

• Overeenkomst opmaak bermbeheerplan

Financiële impact

In het meerjarenplan is € 33.000,00 budget voorzien voor de opmaak van het bermbeheerplan.
Dit budget was, samen met het budget voor het bomenbeheerplan, gespreid over de jaren 2020-2025. Hiertoe is over 6 jaar telkens € 5.500,00 voorzien.

Tussenkomsten

Er zijn geen tussenkomsten.

Aanleiding en/of bevoegdheid

Artikelen 40 en 41 van het decreet over het lokaal bestuur

Feiten en voorgeschiedenis

We ontvingen verschillende vragen tot aanleg van zebrapaden in de Beekstraat.

Regelgeving

• Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968.
• Decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens.
• Koninklijk besluit van 01 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
• Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald.
• Uitvoeringsbesluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens.
• Omzendbrief MOB/2009/01 van 03 april 2009.
• Gecoördineerd algemeen politiereglement op het wegverkeer betreffende de gemeentewegen van Beernem, goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 03 juli 2014, en latere wijzigingen en aanvullingen.
• Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

Argumentatie

Het is niet de bedoeling om in elke straat en op elk kruispunt een zebrapad aan te leggen. Deze moeten weloverwogen geplaatst worden.

Bijgevolg wordt voorgesteld om één bijkomend zebrapad te voorzien ter hoogte van de Sint-Jansdreef met volgende motivatie:

Aan de noordkant van de Beekstraat ligt een attractiepool, nl de sporthal welke vanuit de zuidkant van de Beekstraat (wijk Haverbilken, Beernemstraat en verder) wel heel wat oversteekbewegingen met zich mee brengt, vooral ook van kinderen die zich zelfstandig verplaatsen. In de toekomst komt daar ook de school de Notelaar bij die via de wandelpaden van de wijk eveneens kan ontsluiten via de Sint-Jansdreef. Met die motivatie is een bijkomend zebrapad te verantwoorden. Hier wordt wel voorgesteld het zebrapad niet op het verkeersplateau te leggen aan de Sportstraat omwille van de specifieke situatie van het fietspad en het (te smalle) voetpad op het plateau, maar wel aan het kruispunt met de Sint-Jansdreef. Hier kan je oversteken van een volwaardig voetpad naar een volwaardig voetpad, zonder tussenliggend fietspad.

Het bovenvermelde zebrapad wordt gereglementeerd door een aanvulling in Afdeling I Gemeentewegen - Artikel 9.1 'Op volgende plaatsen worden oversteekplaatsen voor voetgangers afgebakend' van het gecoördineerd gemeentelijk aanvullend reglement op de politie op het wegverkeer.

Mondelinge toelichting ter zitting wordt gegeven door burgemeester Jos Sypré, bevoegd voor mobiliteit.

Verwijzingsdocumenten

Inplantingsplan locatie zebrapad

Tussenkomsten

Er zijn geen tussenkomsten.

Feiten en voorgeschiedenis

In de H. d'Ydewallestraat - deel gemeenteweg - bevinden zich aan de kant van de gewestweg aanzetten van fietspaden en aan de kant Stationsplein onder de nieuwe onderdoorgang werd eveneens een aanzet tot fietspaden aangelegd.

In het gedeelte ertussen liggen er betonstroken die een fietspad zouden kunnen suggereren, maar die dat officieel niet zijn. Gelet op de stationsomgeving, wordt voorgesteld de beide aanzetten van fietspaden met elkaar te verbinden met een volwaardig fietspad, gemarkeerd met een onderbroken witte lijn. Eventueel kan het fietspad ook gemarkeerd worden met een rode verfmarkering - dat is hier wel aangewezen. Bijkomend wordt ook voorgesteld om aan de zijde waar er op de rijbaan mag geparkeerd worden (kant plein) een verbod stilstaan en parkeren te voorzien. Dit om te vermijden dat er naast het fietspad geparkeerd wordt en men daar reizigers laat uitstappen (wat een potentieel gevaar is voor de fietser). Aan de zijde van de woningen ligt de parkeerstrook buiten de rijbaan, tussen fietspad en voetpad.

Dit wordt gereglementeerd door een aanvulling in Afdeling I Gemeentewegen - Artikel 8.1) 'Op navolgende wegen wordt op de grond een fietspad afgebakend' en een toevoeging van artikel 11.1b) 'Op volgende plaatsen is het stilstaan en parkeren verboden' in het gecoördineerd gemeentelijk aanvullend reglement op de politie op het wegverkeer.

Deze reglementering betreft enkel gemeentewegen.

Regelgeving

• Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968.
• Decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens.
• Koninklijk besluit van 01 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
• Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald.
• Uitvoeringsbesluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens.
• Omzendbrief MOB/2009/01 van 03 april 2009.
• Gecoördineerd algemeen politiereglement op het wegverkeer betreffende de gemeentewegen van Beernem, goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 03 juli 2014, en latere wijzigingen en aanvullingen.
• Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

Argumentatie

Mondelinge toelichting ter zitting wordt gegeven door burgemeester Jos Sypré, bevoegd voor mobiliteit.

Verwijzingsdocumenten

situatieplan

Tussenkomsten

Er zijn geen tussenkomsten.

Aanleiding en/of bevoegdheid

Artikel 40 e.v. DLB

Feiten en voorgeschiedenis

Bij de opmaak van het regionaal mobiliteitsplan werd in een eerste fase informatie verzameld over de planningscontext, kansen en knelpunten (= oriëntatiefase).
In de tweede fase, de synthesefase willen we bepalen welke richting we uitgaan met de mobiliteit in onze regio. We leggen de doelstellingen vast en we verkennen mogelijke oplossingsrichtingen. De laatste fase is de beleidsplanfase waarin een actieplan zal opgemaakt worden.

Argumentatie

Huidige nota is een synthesenota (fase 2). De synthesenota zal bestaan uit 2 delen: de visienota en de netwerken. In huidige fase gaat het enkel over de visienota. Aan de netwerkkaarten wordt nog gewerkt.

Op 6 september 2022 ging een infomoment door voor gemeenteraadsleden, waarop de inhoud van deze nota werd toegelicht.
De nota wordt ter bespreking voorgelegd aan de gemeenteraden binnen onze vervoerregio. Suggesties, opmerkingen, reacties zijn welkom. Deze worden gebundeld uit alle gemeenten en verder beoordeeld door de vervoerregioraad, welke de definitieve versie van de synthesenota zal goedkeuren.

Inhoud nota:

Vanuit 8 ambities werden evenveel strategische doelstellingen geformuleerd. Deze doelen zijn verder geconcretiseerd in operationele doelstellingen (p. 79-98).
De strategische doelstellingen zijn:

1. VEILIG:
   Iedere dode in het verkeer is er één te veel. Daarom verminderen we het aantal verkeersslachtoffers zodat er tegen 2050 geen doden meer vallen. Ook het aantal gewonden neemt sterk af. We zoeken actief naar de onveilige plaatsen voor fietsers en werken die stelselmatig weg. De schoolomgevingen en zwarte punten pakken we bij voorrang aan. In 2030 zijn reeds vier op vijf inwoners tevreden over de veiligheid van straten en pleinen.
2. ANDERS:
   Tegen 2024 doen we 40% van onze verplaatsingen met een duurzaam vervoersmiddel. In de grote steden gaan we zelfs naar 50%. Dit wil zeggen te voet, met de step of de fiets - al dan niet elektrisch - of met het openbaar vervoer. Ook ons goederenvervoer moet anders. We willen graag zien dat 30% ervan wordt verzorgd door het spoor en de binnenvaart. Ook zeehavens spelen een cruciale rol in de evolutie naar duurzame mobiliteit, waarbij er tegen 2030 een toename is van duurzame modi met 5% tot 10%.
3. GROEN:
   Het aantal kilometers dat auto’s afleggen op onze wegen daalt: - 15% tegen 2030. Het aantal vrachtwagenkilometers moet minder snel stijgen. Tegen 2050 stoot de transportsector helemaal niets meer uit. We schakelen massaal over op elektrisch en waterstof. Hiervoor worden overal laadpalen en tankpunten voorzien. De overheden geven nu al het goede voorbeeld, onder meer door alleen nog zero-emissiebussen aan te kopen.
4. VLOT:
   Geen welvaart zonder bereikbaarheid. Daarom investeren we onder meer in goed uitgeruste en herkenbare overstappunten tussen de verschillende vervoeropties, maar ook in goede fietsinfrastructuur. Dit betekent meer en betere fietspaden en -snelwegen en het wegwerken van missing links in het fietsnetwerk. In de stad lopen de reistijden met fiets, bus en tram stilaan in op die met de wagen.
5. LEEFBAAR:
   Het aantal mensen dat hinder ondervindt van het verkeer, daalt sterk. In 2030 zijn reeds vier op vijf inwoners tevreden over hun straten en pleinen. Ze zijn aantrekkelijk en praktisch. In de steden gaan we voor een halvering van het gebruik van voertuigen op klassieke brandstoffen. Goederen worden in de stad van 2025 alleen nog vervoerd als dit gebeurt zonder uitstoot. Dat wil zeggen dat we overschakelen op elektrisch, op fietskoeriers...
6. SOCIAAL:
   Tegen 2030 moet het aantal mensen dat problemen ondervindt om zich te verplaatsen sterk gedaald zijn. Mobiliteit blijft bovendien betaalbaar voor iedereen. We maken de haltes voor het openbaar vervoer versneld toegankelijk voor iedereen. Mensen met een handicap die geen gebruik kunnen maken van een eigen wagen of het openbaar vervoer krijgen aan een sociaal tarief aangepast vervoer.
7. SLIM:
   We bezorgen informatie over mobiliteit aangepast aan ieders behoefte. Slimme mobiliteit betekent ook dat Gps-operatoren ons zoveel mogelijk bannen uit de buurt van scholen. Informatie uit slimme wagens helpt ons om onveilige locaties te vinden. Slimme verkeerslichten en verkeersborden bevorderen een goede doorstroming. Op lange termijn kijken we uit naar de zelfrijdende auto’s en drones.
8. NABIJ:
   We bouwen en ondernemen bij voorkeur vlakbij knooppunten van openbaar vervoer of op wandel- en fietsafstand van winkels en voorzieningen in het centrum. Logisch, want hoe dichter je woont, hoe minder je je moet verplaatsen. We sparen daarmee de open ruimte en beperken de nood aan verplaatsingen. Ook de verkeersinfrastructuur zelf neemt minder ruimte in.

Deze doelstellingen werden verder verwerkt in een visie per mobiliteitsthema (p. 17-72).

Verder blijkt uit onderzoek (p. 73-75) dat bij verrekening van de modelscenario's (=het ideaal scenario binnen een bepaald thema - bv. het thema fiets) deze uiteraard een positief effect hebben op de modal split, het aantal voertuigkilometers en het aantal reizigerskilometers, maar het grootste effect wordt bekomen wanneer deze scenario's worden gecombineerd met het ontmoedigen van het autogebruik door het invoeren van kosten. Hierbij wordt gedacht aan parkeerkosten, kilometerheffing, ... Op niveau van de vervoerregio lijkt het invoeren van kilometerheffing niet realistisch. Daarom vraagt de vervoerregio deze maatregel aan op Vlaams niveau. (p. 50-51)

Met betrekking tot de kilometerheffing voor vrachtwagens is de vervoerregio voorstander van een sturende in plaats van een volgende kilometerheffing. Dus niet zoals nu, een heffing opleggen op de wegen die het meest gebruikt worden, maar de hoogste categorie wegen uit het vrachtroutenetwerk juist het minst te belasten om het gebruik van deze wegen maximaal te stimuleren. Hoe lager de categorie van het vrachtroutenetwerk hoe hoger de tarieven. Op wegen die geen deel uitmaken van het vrachtroutenetwerk kunnen de hoogste tarieven gelden om vrachtverkeer maximaal te ontmoedigen. (p. 66-67)

Mondelinge toelichting ter zitting wordt gegeven door burgemeester Jos Sypré, bevoegd voor mobiliteit.

Verwijzingsdocumenten

• Mail vervoerregioraad
• Mobiliteitsplan vervoerregio Brugge - Visienota: Visie 2030

Tussenkomsten

Er is een tussenkomst door raadslid Gijs Degrande, beantwoord door burgemeester Jos Sypré.

Feiten en voorgeschiedenis

Vivendo vraagt in een schrijven van 09 augustus 2022 advies over het stappenplan om de sociale huisvestingsmaatschappij Vivendo om te vormen tot woonmaatschappij in functie van de aanvraag tot tijdelijke verlenging van de erkenning als sociale huisvestingsmaatschappij tot en met 30 juni 2023.

In het traject naar het vormen van een eengemaakte woonmaatschappij voor het werkingsgebied tegen 01 januari 2023, kunnen sociale huisvestingsmaatschappijen, die er pas tegen 30 juni 2023 zullen in slagen om aan alle voorwaarden tot erkenning als woonmaatschappij te voldoen, ofwel door zichzelf om te vormen tot woonmaatschappij, ofwel door een herstructurering (fusie, splitsing,…) door te voeren met een andere woonmaatschappij of met een sociale huisvestingsmaatschappij, die kan aantonen dat die zich kan omvormen tot woonmaatschappij, een verlening van hun erkenning als sociale huisvestingsmaatschappij tot 30 juni 2023 bekomen. Daartoe moet zij een aanvraag indienen bij het agentschap Wonen-Vlaanderen. Daarbij moet de aanvragende sociale huisvestingsmaatschappij aantonen dat ze zich uiterlijk op 30 juni 2023 zal kunnen omvormen tot woonmaatschappij, mede ondersteund door een stappenplan en een advies van de lokale besturen uit het werkingsgebied (art. 223, §2, 2de lid van het BVR van 17 december 2022 tot wijziging van verschillende besluiten over wonen).

• Voor Vivendo is het technisch/organisatorisch niet meer haalbaar om de omvorming tot woonmaatschappij ter realiseren in 2022.

• Vivendo verklaart in de aanvraag om op basis van het toegevoegde stappenplan tijdig de omvorming tot woonmaatschappij te doen, tegen uiterlijk 30 juni 2023.

• In het ontwerp van de Kompasnota, opgemaakt in samenwerking met Mondea en de SVK’s (nog te finaliseren), worden de uitgangspunten en ambities uitgeschreven.

Regelgeving

• het decreet over het lokaal bestuur artikel 40 e.v.

• het decreet van 9 juli 2021 houdende wijzigingen van diverse decreten met betrekking tot wonen, waarbij een regelgevend kader met betrekking tot de woonmaatschappijen wordt gecreëerd

• het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2021 tot wijziging van verschillende besluiten over wonen

• de Vlaamse Codex Wonen van 2021 (VCW)

• het besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW)

Argumentatie

Mondelinge toelichting ter zitting wordt gegeven door schepen Jan Vanassche, bevoegd voor woonbeleid.

Verwijzingsdocumenten

• Brief aanvraag advies over het stappenplan om de sociale huisvestingsmaatschappij Vivendo om te vormen tot woonmaatschappij in functie van de aanvraag tot tijdelijke verlenging van de erkenning als sociale huisvestingsmaatschappij tot en met 30 juni 2023

• Ontwerp aanvraag tot verlenging van de erkenning als SHM tot 30 juni 2023

• Ontwerp Kompasnota in samenwerking met Mondea en de SVK’s

Tussenkomsten

Er zijn geen tussenkomsten.

Aanleiding en/of bevoegdheid

Artikel 40 e.v. van het Decreet over het lokaal bestuur

Feiten en voorgeschiedenis

In juni 2021 lanceerde de Vlaamse overheid een oproep voor Water+Land+Schap (WLS 2.0), met als deadline 30 juli. Via deze oproep (pad 2) dienden de gemeenten Beernem en Oostkamp een idee in rond het Beverhoutsveld. Gemeente Beernem trad in deze op als trekker van het dossier.

Op 05 januari 2022 volgde de beslissing over welke voorstellen verder uitgewerkt worden tot een volledig dossier, met een engagement van de gebiedscoalitie. Het dossier Beverhoutsveld werd gegund en mag nu in 2 fasen worden uitgewerkt.

Fase 1 is de opmaak van het effectief inrichtingsdossier met concreet begrote acties en een eigen gebiedscoalitie.
Na goedkeuring van fase 1 volgt fase 2: de uitvoeringsfase.

Regelgeving

• Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten en latere wijzigingen.
• Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
• Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
• Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
• Artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur m.b.t. de bevoegdheid van de gemeenteraad.

Argumentatie

Fase 1 omhelst heel concreet de opmaak van een gebiedsprogramma (zie bijlagen).

Na goedkeuring van het gebiedsprogramma eind 2022 kan er aanspraak gemaakt worden op subsidies om concrete maatregelen op het terrein te realiseren.

Om een gedragen gebiedsprogramma te realiseren wordt een gebiedscoalitie opgericht. De leden in deze coalitie staan niet vast. Uitbreiding of verandering is steeds mogelijk:

• gemeente Beernem
• gemeente Oostkamp
• provincie West-Vlaanderen
• Inagro
• Regionaal Landschap Houtland & Polders
• Agrobeheersgroep Beverhoutsveld / Boerennatuur vzw
• Oostkustpolder
• Natuurpunt
• Vertegenwoordiging adviesraad landbouw Beernem
• ANB
• VLM

Mogelijk totaal aandeel cofinanciering (te verspreiden over 3 jaar nl. 2023 – 2024 – 2025):

• Provincie WVL: € 180.955,50
• Beernem: € 98.615,00
• Oostkamp: € 26.378,00
• RLH&P: € 80.767,50
• Oostkustpolder: € 9.982,50
• Landbouwers: €38.720,00
• Overige partners: € 5.929,00

Voor een deel van de acties heeft de gemeente Beernem heeft het eigenaarschap (en dus de prefinanciering). Dus dit betekent dat Beernem € 617.100,00 zou moeten voorzien op de gemeentelijke begroting, te spreiden over 3 jaar. Hiervan wordt €518.485 gerecupereerd via VLM en ander partners. Gemeente Beernem heeft een netto aandeel voor deze acties voor €98.615,00.

Mondelinge toelichting ter zitting wordt gegeven door schepen Claudio Saelens, bevoegd voor integraal waterbeleid en landbouw.

Verwijzingsdocumenten

Bijlage 1: gebiedsprogramma Beverhoutsveld fase 1

Bijlage 2: Financiering gebiedsprogramma Waterlandschap

Bijlage 3: Detaillering actieplan Beverhoutsveld

Bijlage 4: DNSH principe Beverhoutsveld

Uitvoeringsdossier PAD2 – instemming een aanvraag subsidie Beverhoutsveld

Financiële impact

In het college van 01 april 2022 werd beslist om de opdracht "Herwerken Gemeentelijk Natuurontwikkelingsplan, aanstellen studiebureau" stop te zetten. De opdracht werd niet gegund. De studiebureau's die een offerte indienden werden schriftelijk in kennis gebracht. Het reeds voorziene budget van € 36.000,00 wordt voorbehouden voor het project Water+land+schap 2.0.

In het college van 3 juni 2022 werd beslist € 2.000,00 ter beschikking te stellen voor de opmaak van het kaartmateriaal voor Waterlandschap.

Advies financieel directeur wnd.: er wordt bij eerstvolgende meerjarenplanaanpassing nog € 36.000,00 budget overgeplaatst naar 2022. Hiervan werd al € 2.000,00 voorbehouden voor kaartmateriaal. Er zullen dus nog € 34.000,00 beschikbare middelen overblijven. Totaal is er € 98.615,00 nodig. Een bijkomende budgettaire kost van € 64.615,00 zal dus extra moeten bij voorzien worden bij meerjarenplanaanpassing. Daarnaast zal de gemeente Beernem € 617.100,00 moeten prefinancieren. Dit bedrag zal zowel als uitgave als ontvangst moeten voorzien worden in het meerjarenplan bij wijziging. Indien beiden kunnen voorzien worden in het meerjarenplan 2020-2025 dan blijft de invloed op het financieel evenwicht beperkt.

Tussenkomsten

Er zijn geen tussenkomsten.

Aanleiding en/of bevoegdheid

Artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur m.b.t. de bevoegdheid van de gemeenteraad.

Feiten en voorgeschiedenis

In het voorjaar van 2023 lanceert Westtoer i.s.m. de betrokken gemeenten een fietsroute Velden en Meersen geënt op het fietsnetwerk.

Regelgeving

• Samenwerkingsovereenkomst Westtoer voor de periode 2020-2025, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 17 oktober 2019.
• Artikel 40 e.v. van het Decreet over het lokaal bestuur

Argumentatie

Er wordt een samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Beernem en Westtoer voorgelegd met samengevat de volgende inhoud:

• De gemeente en Westtoer verklaren zich akkoord met de traject van de fietsroute Velden en Meersen zoals getekend op de kaart in bijlage.
• De gemeente verklaart zich principieel akkoord met de plaatsing van palen en borden door Westtoer langs gemeentelijke wegen en paden voor de bewegwijzering van de fietsroute. De bewegwijzering gebeurt met zeshoekige wegwijzerbordjes.
• De gemeente verklaart zich principieel akkoord met het plaatsen van het infobord door Westtoer bij het instappunt van de fietsroute, nl. de gevel van Het Schepenhuys. 
• De gemeente staat in voor het onderhoud van de wegen en paden die deel uitmaken van de fietsroute en die in eigendom/beheer zijn van de gemeente.
• De route wordt vanaf maart 2023 als suggestielus aangeduid op de fietsnetwerkkaart.

Mondelinge toelichting ter zitting wordt gegeven door schepen Jan Vanassche, bevoegd voor toerisme.

Verwijzingsdocumenten

• Samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Beernem en Westtoer inzake de realisatie van de nieuwe Velden en Meersenfietsroute

• Bijlage 1: Traject van de route op kaart

• Bijlage 2: Afbeelding drager infobord

• Bijlage 3: locatie infobord

• Bijlage 4: Richtlijnen bewegwijzeringsborden op palen in beheer van Westtoer

Tussenkomsten

Er zijn geen tussenkomsten.

Aanleiding en/of bevoegdheid

Artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur m.b.t. de bevoegdheid van de gemeenteraad.

Feiten en voorgeschiedenis

In het voorjaar van 2023 lanceert Westtoer i.s.m. de betrokken gemeenten een fietsroute Bulskampveld geënt op het fietsnetwerk.

Regelgeving

• Samenwerkingsovereenkomst Westtoer voor de periode 2020-2025, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 17 oktober 2019.
• Artikel 40 e.v. van het decreet over het lokaal bestuur

Argumentatie

Er wordt een samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Beernem en Westtoer voorgelegd met samengevat de volgende inhoud:

• De gemeente en Westtoer verklaren zich akkoord met de traject van de fietsroute Bulskampveld zoals getekend op de kaart in bijlage.
• De gemeente verklaart zich principieel akkoord met de plaatsing van palen en borden door Westtoer langs gemeentelijke wegen en paden voor de bewegwijzering van de fietsroute. De bewegwijzering gebeurt met zeshoekige wegwijzerbordjes.
• De gemeente verklaart zich principieel akkoord met het plaatsen van het infobord door Westtoer bij het instappunt van de fietsroute, nl. nabij de jachthaven (op een drager aan het onthaalpunt Bulskampveld). 
• De gemeente staat in voor het onderhoud van de wegen en paden die deel uitmaken van de fietsroute en die in eigendom/beheer zijn van de gemeente.
• De financiering van het uitstippelen, de bewegwijzering, de infoborden en het drukwerk van de fietsroute gebeurt door Westtoer.
• De route krijgt in het kader van het Leaderproject ‘Landschapspark Bulskampveld vertelt… het verhaal van een streek’ een upgrade als erfgoedfietsroute. Westtoer zal daarom langs de route een aantal erfgoedhotspots inrichten. De inrichting bestaat uit een constructie/kunstwerk/houten structuur die een verwijzing draagt naar één of meerdere verhalen uit het Landschapspark. Op de erfgoedhotspots komt ook een QR-code die linkt naar een erfgoedfilmpje of naar een gesproken verhaal. Per gemeente komt er minstens 1 constructie/kunstwerk/houten structuur. Daarnaast enkele kleinere constructies of paaltjes met een QR-code, die eveneens verwijst naar een verhaal uit het Landschapspark. De productie en plaatsing van de constructies/kunstwerken/houten structuren en QR-bordjes is ten laste van Westtoer.
• Na het oplevering van de plaatsing van de constructies/kunstwerken/houten structuren en de bordjes met QR-code, wordt de gemeente eigenaar van de constructies/kunstwerken/houten structuren op zijn grondgebied. Samen met het onderhoud van de wegen en paden die eigendom zijn van de gemeente en die deel uitmaken van de route, onderhoudt de gemeente ook de directe omgeving van de constructies/kunstwerken/houten structuren of het bordje, zodat die toegankelijk blijft voor fietsers of bezoekers. De erfgoedhotspots worden minstens 10 jaar in stand gehouden.
• In tegenstelling tot de andere fietsroutes van Westtoer, wordt in het kader van het Leaderproject voor de route een gratis brochure uitgegeven, type seizoensfietsroute van het Brugse Ommeland. Westtoer staat in voor de opmaak en druk van deze brochure. De gemeente ondersteunt in het aanleveren van informatie of fotomateriaal en in de distributie van deze kaart.
• De route wordt vanaf maart 2023 als suggestielus aangeduid op de fietsnetwerkkaart.

Mondeling toelichting ter zitting wordt gegeven door schepen Jan Vanassche, bevoegd voor toerisme.

Verwijzingsdocumenten

• Samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Beernem en Westtoer inzake de realisatie van de nieuwe Bulskampveldfietsroute en het inrichten van enkele erfgoedhotspots langs de route

• Bijlage 1: Traject van de route op kaart
• Bijlage 2: Afbeelding drager infobord
• Bijlage 3: Locatie infobord
• Bijlage 4: Richtlijnen bewegwijzeringsborden op palen in beheer van Westtoer

Tussenkomsten

Er zijn geen tussenkomsten.

Aanleiding en/of bevoegdheid

Artikelen 40 en 41 van het decreet over het lokaal bestuur m.b.t. de bevoegdheid van de gemeenteraad.

Feiten en voorgeschiedenis

De gemeenteraad keurde in de zitting van 23 juni 2021 het stratentracé en het wegenisontwerp goed voor de verkaveling gelegen Vaart-Noord 16, waarbij de aanleg van een nieuwe straat noodzakelijk is.
Het is wenselijk dat aan deze nieuwe straat ook een straatnaam wordt toegekend.

Argumentatie

In de vergadering van 10 mei 2022 verleende de Cultuur- en Erfgoedraad positief advies voor de straatnaam Lendebrugge. De motivatie van de Cultuur- en Erfgoedraad is de volgende: het toponiem Lendebrugge staat in bronnen als volgt vermeld:

• “In de richting van Bloemendale en Sint-Joris was het nodig te doen delven tot de ouden canten en de ouden boom, tot aan de  Lendebrugghe”.
• “Antheunis Slembrouck bouwde toen een houten brug over de (Zuud)leie ter plaatse genoemd ter Lendebrugghe”
• “In de richting van Bloemendale en Sint-Joris te doen delvene totten ouden canten ende ouden boom, totter Lendebrugghe”.

In de zitting van 20 mei 2022 besliste het college om te kiezen voor de straatnaam "Lendebrug".

In de zitting van 23 juni 2022 keurde de gemeenteraad deze nieuwe straatnaam principieel goed.
Er werd een openbaar onderzoek uitgevoerd dat liep van 01 juli 2022 tot en met 01 augustus 2022 waarbij geen bezwaren werden ingediend.

Mondelinge toelichting wordt ter zitting gegeven door schepen Patricia Waerniers, bevoegd voor cultuur en erfgoedbeleid.

Tussenkomsten

Er zijn geen tussenkomsten.

Aanleiding en/of bevoegdheid

Artikelen 40 en 41 van het decreet over het lokaal bestuur m.b.t. de bevoegdheid van de gemeenteraad.

Feiten en voorgeschiedenis

De gemeenteraad keurde in de zitting van 03 juni 2021 het stratentracé en het wegenisontwerp goed voor de verkaveling gelegen Bruggestraat 103-105, waarbij de aanleg van een nieuwe straat noodzakelijk is.
Het is wenselijk dat er in deze verkaveling 2 straatnamen worden toegekend.

Argumentatie

In de vergadering van 10 mei 2022 verleende de Cultuur- en Erfgoedraad positief advies voor de straatnamen Biestmeersch en Nederte. De motivatie van de Cultuur- en Erfgoedraad is de volgende: 

• Biestmeersch: “Het Goed van de Biest lag aan beide zijden van de Bruggestraat die wij hier de Gentse Heerweg of kortweg de Heerweg zullen noemen zoals dit in oude teksten ook het geval is. Aan de zuidkant van die Heerweg liep de Poulagiebeek van Hellepoele naar het westen toe en aan de zuidkant van die beek lagen de Biestmeerschen.”
• Nederte: Dezelfde bron vermeldt nog volgende toponiemen in deze omgeving:  Bekenakker, Biestbilken, Kruisestik, Raapstik, Nederte, Ter Biestwaart en Failliestuk. Wegens laagliggend en om niet telkens “legeweg”, “leegte” en consoorten te gebruiken is gekozen om de unieke naam “Nederte” te adviseren.

In de zitting van 23 juni 2022 keurde de gemeenteraad deze nieuwe straatnamen principieel goed.
Er werd een openbaar onderzoek uitgevoerd dat liep van 01 juli 2022 tot en met 01 augustus 2022 waarbij geen bezwaren werden ingediend.

Mondelinge toelichting wordt ter zitting gegeven door schepen Patricia Waerniers, bevoegd voor cultuur en erfgoedbeleid.

Tussenkomsten

Er zijn geen tussenkomsten.

Feiten en voorgeschiedenis

De vragen en suggesties, ingediend door de gemeenteraadsleden, worden besproken.